Laurens van der Weteringwetenschap, opinie, 22 september 2002

Werk in uitvoering

Dagboek over een transformatie (3)

22 september 2002 - Nog tien dagen tot de borstoperatie en ik verbaas mij erover dat ik niet heel erg zenuwachtig ben. De angst voor pijn wil niet helemaal aankomen, misschien omdat ik vooral in spanning zit of het wel door zal gaan. Wel ben ik blijer dan ooit dat ik een vriendin heb waar ik van op aan kan en vrienden die deze operatie ook hebben ondergaan. Bij de kennismaking met de nieuwe buren in het flatgebouw verwonder ik mij over mijn voor de buitenwereld hetero-status. Er word mij gevraagd of mijn vriendin en ik getrouwd zijn, één buurjongen zei: 'ik sprak je vriendin, of je vrouw, zojuist'. Het is soms net alsof ik in een andere wereld leef. Niet dat de mensen nu vriendelijker zijn, maar je valt opeens in een voor de meesten herkenbare vanzelfsprekendheid. Bij lesbische vriendinnen ligt het weer anders: die zijn nog steeds geneigd mij als één van hen te zien.
De laatste dagen vraag ik mij af waarom ik geen standpunt kan innemen als het gaat om het wel of niet onzichtbaar als jongen door het leven gaan. Sommige transjongens breken met hun verleden en niemand die ze kennen weet van hun 'vrouwelijke' voorgeschiedenis. Een ander die ik ken heeft het na vijftien jaar alsnog aan vrienden en kennissen verteld. Ik zal sowieso met de meeste mensen uit mijn omgeving niet breken, maar wat als ik het nieuwe vrienden niet vertel en ik geef een verjaardagsfeest? Moet ik dan de oude vrienden gaan instrueren hun kop te houden? Misschien houdt het op een gegeven moment op een onderwerp te zijn, maar dan nog. Ik heb het gevoel hierover een beslissing te moeten nemen, maar heb geen idee welke kant ik op moet.
Op de opleiding waar ik net ben begonnen ziet men mij als jongen. Ik geniet ervan èn voel mij ook vaak heel onzeker. De puberachtige neiging bang te zijn niet 'stoer' genoeg over te komen is mij niet vreemd! Wanneer ik met een meisje sta te praten hoop ik maar dat ik het doe zoals zij van andere jongens gewend is. Tegelijkertijd realiseer ik mij ook dat een zogenaamd 'mannelijk' recept wellicht niet bestaat. Op een bepaalde manier zijn deze onzekerheden ook wel fijn om te voelen. Alsof alles in het leven weer open ligt.


(Dit is de derde in een reeks van acht dagboeknotities waarin Laurens verslag doet van zijn gedachten en gevoelens.)