Ton van den Bornachtergrond, recensies, 15 oktober 2018

Eveline van de Putte portretteert transgender ouderen

‘Nieuwe namen’ en de dingen die voorbijgaan

In een tijd dat mensen zich liever identificeren met jongeren, grijp je niet direct naar een boek over ouderen. Maar Nieuwe Namen, het boek waarin Eveline van de Putte de levensverhalen van transgender ouderen optekende, ontroerde mij (58 jaar). De verhalen van achttien mensen van 49 tot 94 jaar tonen hoe zij hun leven hebben ingericht. Het laat zien wat transitie voor hen betekende.

Het zijn persoonlijke verhalen, maar ze vertellen ook over de geschiedenis, de publieke opinie, de keuzes en mogelijkheden en de emancipatie van transgender personen. Hoe keek de maatschappij naar hen? En hoe gingen zij daarmee om?

'Hoe het transgenders jaren na een eventuele geslachtsaanpassende operatie vergaat, blijft onbelicht'

De interviews laten zien wat er allemaal is veranderd sinds de jaren zestig of zeventig toen de geportretteerden jong waren. “Er is zoveel meer begrip dan vroeger”, zegt Corine (81). “We zijn geen monsters meer. Ik heb het helemaal anders meegemaakt.”

De stiekeme verkleedpartijen, de streng-religieuze familieleden die je plots toch hun lieve zusje noemen, een operatie of geen operatie, het moeizame leven voor de coming-out, onbegrip en het niet te plaatsen gevoel van ‘er is iets mis met mij’, een partner die je afwijst, maar soms ook accepteert en zelfs stimuleert, de ontmoeting met andere transgender personen of het vernietigen van oude foto’s. Daar vertellen de achttien geïnterviewden over.

Wil je meer begrip voor wat transgender personen doormaken, dan is dit een aanrader. Achterin het boek geeft Paula Vennix een kader. ‘Ja’, schrijft zij, ‘vroeger waren er ook al transgenders.’ Daarvoor kun je terug tot de Grieks-Romeinse tijd. Vennix denkt verder dat goed zicht op transgender ouderen noodzakelijk is voor een transgenderbeleid in de politiek en voor inclusieve ouderenzorg. “De aandacht richt zich nu vooral op transgender jongeren tijdens hun transitie. Maar hoe het transgenders jaren na een eventuele geslachtsaanpassende operatie vergaat, blijft onbelicht. Terwijl het daar toch om gaat.”

In de kreukels

Het lijken dan misschien allemaal succesverhalen – na de transitie werd alles beter – maar het blijft soms best moeilijk. Ruben (50) noemt het misgenderen: dat familieleden liever niet ‘hij’ zeggen en Janine (83) merkte dat er soms achter haar rug over haar werd gesproken als ‘je weet wel, die hij/zij’. Maar meestal zijn de geïnterviewden heel tevreden met hun leven nu.

Zoals Helge (66), die op z’n 62e met hormonen begon, en zijn leven een 10 min geeft. En Ivo (66) die volmondig ‘ja’ zegt als mensen vragen of het allemaal de moeite waard is geweest. “Dan had ik hier niet gezeten”, zegt hij. En Chatalyn (70): “Ik ben dan wel in de herfst van mijn leven, maar ik ben nog nooit zo gelukkig geweest.”

'Als je ‘in de kreukels’ zit, is het normaal dat je naar wegen zoekt om te kunnen ademhalen'

Het zijn niet alleen verhalen van witte transmannen en transvrouwen, maar Eveline van de Putte wilde een breder beeld schetsen. Ze sprak bijvoorbeeld ook met Farasha (50), een Syrische vluchteling (“In Syrië hebben we zogenaamd geen transgenders en homo’s”), en met Gabrielle (50). Gabrielle vertelt over haar jeugdjaren in Ecuador, hoe ze in de prostitutie belandde en uiteindelijk in 1993 naar Amsterdam kwam.

En dan is er Ger (56) die af en toe in de huid van Victoria kruipt. En Vera (65) die aan showtravestie heeft gedaan. Zij heeft uiteindelijk ook een middenweg heeft gekozen. Want, zegt ze, “Bert (haar man) wilde zijn man niet kwijt en ik kon mijn vrouw-zijn niet langer verbergen.”

Dat is een soort van rode draad. ‘Transgendergevoelens’ die in tijden dat er minder bekendheid, minder terminologie, minder zorg, minder bescherming en minder begrip was, op uitbarsten staan. En uiteindelijk, vroeger of later, uit de knop komen. Uitvliegen, losgelaten worden.

“Als je ‘in de kreukels’ zit, is het normaal dat je naar wegen zoekt om te kunnen ademhalen”, zegt Janine (83). Ze groeide op in een streng gereformeerd milieu waar ze niet over haar gevoelens kon praten. Ze werd predikant. Toen ze zoals ze zegt er uiteindelijk ‘echt aan toe’ was om de overstap te maken (ongeveer veertig jaar geleden), kwam de ‘onvermijdelijke botsing met de kerk en met mijn gezin’.

Dolgelukkig

Voor sommige mensen kwam die overstap echt heel laat. De diagnose ‘transformatie gewenst’ kwam voor Helge rond z’n zestigste. Anita (89) wordt pas sinds een paar jaar Anita genoemd. En Chatalyn was al zeventig toen ze geslachtsaanpassende operaties liet doen. Voor Mark (58) was het vergeleken met hen nog vroeg. Toen hij bijna tien jaar geleden hormonen kreeg, kwam hij tegelijk met zijn tienerzoon in de puberteit. “We kregen tegelijkertijd jeugdpuistjes en de baard in de keel.”

Het is eigenlijk nooit te laat, is hun boodschap. Misschien zijn ze soms jaloers op de veranderde tijden en de kansen voor transgender jongeren. Want in hun tijd moesten ze omgaan met die onbekendheid, dat onbegrip en de discriminatie. En soms konden ze zelf niet eens hun gevoelens plaatsen. Ze wisten er geen naam voor, er was geen herkenning, er waren geen voorbeelden of rolmodellen.

Zoals in de tijd waar Anita (89) over vertelt. Ze werd eens betrapt door haar zus. ‘Die rotknul heeft een jurk aangetrokken!’ schreeuwde die door het hele huis. “Natuurlijk wist ik al die jaren dat er mannen zijn die in vrouwenkleren lopen”. Zij koos ervoor om het verborgen te houden, maar, zegt ze, “”de vrouw was in mij altijd aanwezig”. En is uiteindelijk tevoorschijn gekomen.

nwenamen.jpg

Hoe mooi is het dat Van de Putte bijvoorbeeld het verhaal van Thea (94) kon optekenen. Dat interview toont iets van de maatschappelijke druk, de omzichtigheid en de heel geleidelijke veranderingen in de omgang met transgender.

Dat geldt ook voor het portret van Corine (81). Ze ging op ballet en werkte later als showdanseres. Ze vertelt hoe ze in 1971 voor een geslachtsaanpassende operatie naar dokter Burou in Casablanca ging. Dat waren echt andere tijden. “Toen ik jong was, moest ik vechten tegen mijn vrouwelijke kant”, vertelt ze. “Nu vinden jonge transgenders me een rolmodel. Wat er nu allemaal gebeurt, maakt me dolgelukkig. Een tijdje terug zag ik op tv iets over een gezin met een zoontje dat in een jurkje naar school wilde. Ik zat te wenen toen ik dat zag.”